Select a challenge
Menu
Welke innovaties zijn nodig voor baanbrekende klimaatoplossingen en een maximaal hergebruik van kunststoffen in een circulaire economie? Hoe kunnen we de coronapandemie voorgoed bezweren en voor welke ziektes moeten we zeker een doeltreffend medicijn vinden? Of hoe zorgen we ervoor dat niemand honger lijdt als we straks met meer dan 10 miljard mensen zijn? Het zijn heel wat maatschappelijke uitdagingen waarvoor de sector van de chemie en life sciences volop mee naar antwoorden zoekt.
Dat gebeurt met vallen en opstaan, maar aan de innovaties van de toekomst wordt vandaag wel al hard gewerkt. Dat is in de eerste plaats mensenwerk en daarvoor zijn diverse talenten nodig, zowel in de controlekamer als in het labo. Of ze nu uitblinken in techniek, sterk staan in wetenschappen, digitale kraks zijn of andere talenten hebben, in de chemie en life sciences maken vele vrouwen en mannen écht het verschil door permanent te streven naar een duurzamere wereld. Stap voor stap.
Of ze nu uitblinken in techniek, sterk staan in wetenschappen, digitale kraks zijn of andere talenten hebben, in de chemie en life sciences maken vele vrouwen en mannen écht het verschil door permanent te streven naar een duurzamere wereld.
Elke molecule of nieuw productieproces, elke ontdekking of innovatie, elk geneesmiddel of vernieuwend materiaal. Het is altijd de optelsom van de creativiteit, bekwaamheid en deskundigheid van mensen met diverse vaardigheden: wetenschappers, procesoperatoren, ingenieurs, technici, commercieel en ondersteunend personeel op alle niveaus. Samen bedenken, bouwen, bedienen en beheren ze complexe industriële installaties met oog voor veiligheid en kwaliteit.
Dat doen ze in de voetsporen van Belgische onderzoekers en ondernemers met wereldfaam zoals Ernest Solvay, Leo Baekeland, Lieven Gevaert, Paul Janssen of Marc Van Montagu. Zij hebben wereldwijd hun stempel gedrukt op de ontwikkeling van chemie, kunststoffen, fotografie, farmaceutica en biotechnologie.
Doctor Paul Janssen
Hun pionierswerk wordt vandaag verdergezet door meer dan 95.000 medewerkers in de sector dankzij wie al die moleculen dag na dag een waardevolle toepassing vinden in het dagelijks leven van elk van ons. Samen zorgen ze ervoor dat de chemie en farma met voorsprong de Belgische export- en innovatiekampioen is waardoor de sector een forse bijdrage levert aan de welvaart en het welzijn in ons land.
Zo heeft het kleine België door de jaren heen een wereldwijde reputatie verworven op het gebied van chemie en life sciences. Dat verschillende coronavaccins en -behandelingen een duidelijke Belgische stempel dragen, en bij ons worden ontwikkeld, gemaakt en vervolgens geëxporteerd naar alle werelddelen, is dan ook geen toeval maar net een illustratie van de kennis en expertise die hier de voorbije decennia is opgebouwd.
Zowat alle toonaangevende internationale chemie- en farmabedrijven hebben in België een productievestiging of onderzoekslab. Samen met tal van start-ups en kmo’s vormen zij een bloeiend en fijnmazig ecosysteem, sterk geconnecteerd met de hoog aangeschreven universiteiten en gereputeerde onderzoekscentra binnen onze landsgrenzen. Dit maakt van de chemie en farma een van de sterkhouders van de Belgische industrie en economie.
Als de sector die vooraanstaande rol de komende decennia wil blijven spelen, moet ze de lat hoog durven leggen en blijven investeren in een van haar meest essentiële grondstoffen: haar menselijk kapitaal. De ambities van de sector worden dagelijks waargemaakt door een grote groep goed opgeleide, gemotiveerde en geëngageerde werknemers en ondernemers. Die mensen vind je evenwel niet zomaar, want de vraag om talent klinkt alsmaar luider.
Niet alleen blijft het aantal jobs in de sector jaar na jaar stijgen, met 1 op de 3 werknemers ouder dan 50 jaar zal ook de vergrijzing zich het komende decennium sterk laten voelen. Bovendien zorgen disruptieve evoluties zoals digitalisering, de klimaattransitie en andere technologische vernieuwingen voor een stijgende behoefte aan bijscholing en omscholing van medewerkers en werkzoekenden, om hen te verzekeren van een duurzame loopbaan in de chemie en life sciences.
Deze structurele aanwervings- en opleidingsbehoefte gaat bovendien hand in hand met een diepgaande competentiemismatch en krapte op de arbeidsmarkt. De technische en wetenschappelijke STEM-studies (Science, Technology, Engineering & Mathematics) zijn de broedplaatsen voor het talent dat de chemie- en farmasector vandaag en morgen hard nodig heeft. Maar in vergelijking met andere geïndustrialiseerde landen scoren we zwak op de in- en uitstroom van jongeren in deze studierichtingen, zeker bij meisjes. Terwijl we dringend nood hebben aan vrouwelijke rolmodellen om het eerder genoemde lijstje van bekende Belgische wetenschappers en ondernemers wat minder exclusief mannelijk te maken.
De technische en wetenschappelijke STEM-studies (Science, Technology, Engineering & Mathematics) zijn de broedplaatsen voor het talent dat de chemie- en farmasector vandaag en morgen hard nodig heeft.
De promotie van STEM-onderwijs, vanaf de kleuterklas tot in de universiteitsaula, blijft daarom een levensbelangrijke missie. Daarbij mag de industrie niet blind blijven voor een hardnekkig imago- en perceptieprobleem. Voor veel jongeren blijft chemie een abstracte wetenschap, waarbij de link met de vele toepassingen en consumentengoederen in hun dagelijks leven – van smartphone tot sneakers – onvoldoende duidelijk is. Bovendien heeft industriële activiteit bij de jongere generatie al te vaak een overwegend negatieve connotatie.
STEMfluencers en ondernemers uit chemie en life sciences inspireren jongeren voor STEM-studies en -beroepen
Maar STEM-studierichtingen hebben niet enkel te kampen met te weinig aantrekkingskracht of een te flets imago, het is ook een hele uitdaging om STEM-onderwijs snel mee te laten evolueren met de nieuwste wetenschappelijke inzichten en innovaties. De behoefte aan bijscholing en professionalisering van leerkrachten, nieuw didactisch materiaal en kwaliteitsvolle infrastructuur vraagt om een broodnodige vernieuwing in de manier van lesgeven, op alle onderwijsniveaus.
Meer bedrijfsstages, met een langere duurtijd en op maat van de industrie, kunnen eveneens een krachtige hefboom zijn om de connectie met arbeidsattitudes en de cultuur van het bedrijfsleven hechter en beter te maken. Scholen en ondernemingen moeten nog vaker en nauwer samenwerken, bijvoorbeeld via bedrijfsbezoeken met de klas of leerkrachtenstages waarop lesgevers kunnen proeven van de meest recente technologische evoluties en de vaardigheden die daarvoor nodig zijn.
Scholen en ondernemingen moeten nog vaker en nauwer samenwerken
Die uitwisseling hoeft zich niet te beperken tot het secundair onderwijs. Ook aan hogescholen en universiteiten is dergelijke kruisbestuiving met de industrie bijzonder waardevol. Meer mobiliteit tussen de academische wereld en bedrijven biedt studenten de kans op industriële praktijkervaring, zowel in binnen- als buitenland. Daarnaast mag buitenlands toptalent aantrekken geen taboe zijn. Om het leren naar een volgend niveau te tillen, is het met het oog op de digitale transitie bovendien essentieel om vernieuwende didactische toepassingen zoals virtuele realiteit en digitale leerplatformen volop te integreren en radicaal digitaal te gaan in de klas.
Voor chemie, kunststoffen, farma en biotech is het erg belangrijk dat niet alleen meer goed opgeleide, maar ook meer diverse talenten hun weg vinden naar de industrie. De sector kan immers maar maatschappelijk relevant zijn, en het potentieel aan human capital ten volle ontplooien, als ze ook inclusief is en alle talenten met elkaar verbindt. Zo blijft het idee dat wetenschappen en techniek niets voor meisjes is, een hardnekkig vooroordeel. En ondanks een grote multiculturele rijkdom toont België nog een te diepe werkzaamheidskloof tussen mensen van verschillende herkomst.
Diversiteit moet voorop staan in de arbeidsmarktgerichte initiatieven van de sector
Meer dan ooit zal de sector haar aantrekkingskracht moeten vergroten door helder te communiceren en inspirerend te werken op maat van talenten uit verschillende doel- en kansengroepen. Nog meer dan vandaag moet diversiteit voorop staan in de arbeidsmarktgerichte initiatieven van de sector. Daarnaast dient de chemie en life sciences de komende jaren ook extra expertise uit te bouwen op het vlak van diversiteit, non-discriminatie en inclusie. Want we bereiken simpelweg nog niet alle gemeenschappen.
Vertrekkende vanuit een grondige analyse van de huidige diversiteitsgraad binnen de sector en de mogelijke valkuilen die inclusie in de weg staan, zal de sector op zoek moeten gaan naar de meest passende sensibiliserende en zelfregulerende acties om meer en divers talent aan te trekken en te behouden. Daarbij kunnen we steunen op de praktijkervaring van enkele voortrekkers op het vlak van diversiteit in chemie en farma en op krachtige tradities zoals het SIRA-project in de regio Antwerpen dat al sinds 1987 jonge kansarme werkzoekenden herschoolt tot procesoperator voor de chemie.
Voor een innoverende sector stopt het uiteraard niet bij het aantrekken van divers en sterk opgeleid talent. Een duurzame loopbaan betekent ook inzetten op levenslang leren met relevante opleidingen en bijscholing doorheen alle fases van de carrière. De vraag naar nieuwe inzichten en competenties is in de hoogtechnologische sector van chemie, kunststoffen en farma bijzonder groot.
Medewerkers moeten de green skills aanleren die nodig zijn om een circulaire economie op gang te trekken waarin het hergebruik van grondstoffen en energie de toon zet. Ze moeten zich trainen in digitale vaardigheden of in de nieuwste technologische en wetenschappelijke ontwikkelingen om mee te zijn met de toenemende automatisering, digitalisering en robotisering. Alleen via sterk ontwikkelde soft skills kunnen ze samenwerken in nieuwe, flexibele organisatiemethodes van zelfsturende projectteams.
Sector bouwt met ViTalent allereerste opleidingscentrum voor farma en biotech in Vlaanderen
Deze opleidingscentra en tewerkstellingsacties, en de samenwerking met het vormingsfonds Co-valent, zijn het gevolg van een lange traditie van sociale dialoog in een sector die net na de Tweede Wereldoorlog mee aan de basis lag van het Sociaal Pact. Die constructieve relatie tussen werkgevers- en werknemersorganisaties wordt verdergezet in het Demografiefonds, waarmee de sector een pragmatisch antwoord biedt op de maatschappelijke evoluties en de toenemende vergrijzing.
Het Demografiefonds biedt inhoudelijke en financiële ondersteuning voor allerlei maatregelen rond werkbaar werk en duurzame inzetbaarheid in de sectorbedrijven. De focus ligt op vier actiedomeinen: werk, gezondheid, competenties en loopbaanbeleid. Daarbij gaat het vaak om maatwerk op ondernemingsniveau zodat medewerkers op een haalbare en gemotiveerde manier hun job kunnen blijven uitoefenen.
Deze sectorale initiatieven illustreren hoe een constructieve sociale dialoog concrete resultaten oplevert, die medewerkers op alle niveaus kansen geeft, teamwork vooropstelt, perspectief biedt op boeiende loopbanen, divers talent met elkaar verbindt en levenslang leren voluit aanmoedigt. Met als gezamenlijk doel om de chemie en life sciences nog beter te positioneren als een aantrekkelijke sector om in te werken en innoveren. Ongeacht leeftijd, geslacht, geaardheid, afkomst, beperkingen of sociale achtergrond. Want ook duurzaamheid is in de eerste plaats mensenwerk.